De levenswijze van jagers en verzamelaars is heel anders dan de samenleving waar we nu in leven. Jagers en verzamelaars waren mensen die tot aan 3000 voor christelijke jaartelling leefden. Hun dagbesteding bestond uit het zoeken en jagen naar eten, vandaar de naam. De mannen jaagden met zelfgemaakte wapens zoals speren op wilde dieren zoals mammoeten totdat het dier te moe was op door te gaan. Ze jaagden voornamelijk in grote groepen omdat ze op deze manier grote dieren konden doodden. Alle onderdelen van hun prooien werden gebruikt: het vlees voor het eten, de eventuele slagtanden voor wapens en de huid en vacht voor kleding. De vrouwen zochten met de kinderen naar eetbare planten, noten, paddenstoelen en vruchten. Op deze manier werd de eerste kennis en informatie doorgegeven. Zodra alle levensmiddelen in hun gebied op waren, trokken de nomaden verder, op zoek naar een nieuwe voedselbron.

De jagers en verzamelaars leefden in kleine groep in grotten en handgemaakte schuilplaatsen. We weten al deze informatie door rotstekeningen en archeologische opgravingen. De tekenen van jagers en verzamelaars in Nederland zijn vooral te zien in Drenthe, bij de hunebedden. Deze op elkaar gestapelde stenen werden in de prehistorie gebruikt als graven voor de doden en in deze graven zijn ook trechters van het trechterbekervolk.

Bron foto: http://www.entoen.nu/vensterplaat-hunebe